N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Interview
Klassiek
‘Innocence’, in oktober te zien bij De Nationale Opera, is een van de belangrijkste nieuwe opera’s van de laatste jaren. De componiste ervan, Kaija Saariaho, overleed in juni.
sprak haar twee zomers geleden bij de wereldpremière van het werk.Juli 2021
Het is een stomend hete nazomerdag. Kaija Saariaho, van origine Finse, woont al een halve eeuw in Parijs, maar deze zomer resideert ze in een ruim appartement in het oude stadscentrum in Aix-en-Provence. Ze zit in de serre, in een rolstoel. „Gestruikeld over een vloerkleedje in Japan”, zegt ze – en masseert haar dijbeen. „Mijn rechterknie mag niet belast worden. Erg vervelend, nu moet ik na de première straks in mijn rolstoel het toneel op. Maar enfin.”
Augustus 2023
Maar enfin. Kaija Saariaho (1952-2023) overleed in juni van dit jaar aan de gevolgen van een hersentumor. Het Japanse struikelkleedje valt met de kennis van nu op te vatten als extreem verfijnde galgenhumor: vanaf februari 2021 wist ze van haar ziekte, maar ze hield die voor zichzelf.
Kranten overal ter wereld onderstreepten in necrologieën Saariaho’s belang voor de eigentijdse gecomponeerde muziek. Aan het idioom van veel van haar generatiegenoten voegde Saariaho een wezenlijk eigen geluid toe. Ze haatte het wanneer die eigenheid als vrouwelijk werd gekenschetst. Liever hoorde ze dat haar veelkleurigheid werd geprezen. Of de manier waarop ze, ook met elektronica, lagen bouwde en sferen schetste in muziek.
Van haar laatste album – Reconnaissance (2023), met a cappella werken door het geweldige Helsinki Chamber Choir – is openingswerk Nuits adieux een „wiegelied voor een oudere die zich slapend aan de wereld onttrekt”, meldt het boekje. Het is vintage Saariaho: muziek die je in een seconde naar een uitermate zinnelijke tussenwereld teleporteert; een wereld van gefluister, geknisper en gezoem. Droomachtig.
Juli 2021
Vanavond gaat in het Grand Theatre de Provence in Aix Saariaho’s nieuwe opera Innocence in première. De opera is gecomponeerd voor groot orkest, en dertien solisten. Er wordt gezongen in negen talen. Klassieke zang klinkt naast volkszang en spraak. The most anticipated new opera of the year, kopt The New York Times en met recht: Saariaho was de eerste componiste ooit van wie twee opera’s te zien waren in de Metropolitan Opera.
Wie in Amsterdam bij De Nationale Opera Saariaho’s eerdere opera’s L’Amour de Loin, Emilie en Only the Sound Remains zag en hoorde, verbaast zich over de schaal en de thematiek van Innocence. Geen abstract historisch thema dit keer, maar schurende actualiteit: een schietpartij op een school – losjes gebaseerd op een gebeurtenis in 2007.
Wat trok u aan in de thematiek van een ‘High School Shooting’?
„Innocence voert terug tot 2012. Dat voelt nu onbevattelijk lang geleden. Ik koesterde destijds een diepe wens om een keer meertalig te componeren. Dat verlangen voert nog weer verder terug, op talrijke bezoekjes die ik bracht aan de Santa Maria delle Grazie in Milaan. Hoe vaak heb ik me daar niet in aan Da Vinci’s Laatste Avondmaal staan vergapen, met alle getoonde interacties tussen Christus en zijn 12 discipelen? Om me heen hoorde ik dan de andere toeristen en hun commentaren in een veelvoud aan talen. Beide prikkelden even krachtig mijn fantasie: de interacties tussen die 13 personages op Da Vinci’s muurschildering én de wirwar aan talen waarin toeristen wat ze zagen met elkaar bespraken.
„Het gegeven dat taal in zekere zin een eigen muziek uitnodigt, heeft me altijd aangetrokken. Daarom leek het me interessant een keer uit te proberen hoe dat werkte en een opera te schrijven waarin alle personages in een andere taal spreken – met allen ook hun eigen muzikale idioom.
Dat idee heb ik besproken met librettist Sofie Oksanen en dramaturg Aleksi Barrière [haar zoon uit haar huwelijk met componist Jean-Baptiste Barrière, MS] , die ik beiden al lang ken en als veilige bakens beschouw. In die gesprekken kwamen we op het idee van een schietpartij, waarna alle personages op eigen wijze een trauma te verwerken zouden hebben. Met het oog op de gewenste meertaligheid hebben we van de setting een internationale school gemaakt.
„Je kunt Innocence zien als een thriller-opera. In 25 scènes krijg je steeds een extra puzzelstukje informatie, met pas op het laatst echte duidelijkheid. Ook de overgangen tussen de scènes vond ik ambachtelijk prachtige compositorische uitdagingen.”
Duurde het componeren daadwerkelijk tien jaar?
„Nee, drie. Wat alsnog erg lang is; ik heb het mezelf in veel opzichten moeilijk gemaakt. Onderdeel daarvan was dat ik per se wilde dat de opera niet meer dan een uur en drie kwartier zou duren, zonder pauze. Ik wilde dat de intensiteit vergelijkbaar zou zijn met die van opera’s als Strauss’ Elektra en Bergs Wozzeck. Maar de keuze voor die compacte vorm maakte het componeren alleen maar intensiever.
„Ook het omgaan met de vele talen bleek zeer ingewikkeld. Dramaturg Aleksi Barrière heeft me geholpen die te analyseren; het spraakritme werkt steeds weer anders. Vervolgens wil je, je rekenschap gevend van die eigenschappen, ook afwisseling creëren in de zang. Dertien personages kunnen niet allemaal lyrisch zingen, dus ik heb ook gekozen voor spoken word en volkszang. Zo hebben alle personages een eigen muzikale identiteit.”
Dat de themakeuze alleen compositietechnisch gemotiveerd was, vind ik – uw eerdere opera’s indachtig – toch onwaarschijnlijk.
„Nou ja, ik ben natuurlijk wel een moeder. Dat laat je nooit los, ook niet in je werk. Toen ik als jonge vrouw naar Parijs verhuisde, zag ik daar voor het eerst daklozen. Die had je toen nog niet in Finland. En het raakte me. Wie zijn die mensen? Weten hun ouders dat ze zo rondzwerven? Hun moeders? En stel ze weten er inderdaad van, hoe leef je daar dan mee? Hoe ga je door als dingen heel erg mislopen? Dit zijn belangrijke vragen, over universeel menselijke kwesties.
„Een ouder geeft zichzelf overal de schuld van, ook al weet je dat je kinderen individuen zijn die hun eigen levens vormgeven. Dat proces, als tiener een identiteit opbouwen, is een zware opgave. En onderweg word je onherroepelijk verwond door anderen – diep en ontwrichtend. Ouders weten daar het fijne niet van. En soms gaat het ook enorm fout, zoals in dit verhaal.
„Wat me aan die schietpartij interesseerde, waren overigens vooral de verwerkingsprocessen van de mensen om de jonge moordenaar heen. Hoe werkt de psychologie van schuld? Tijdens het componeren hoorde ik in mijn hoofd voortdurend alle personages vanuit hun eigen muzikale identiteit – tempo, zangstijl, materiaal – op elkaar reageren. Dat maakt componeren zo enorm interessant. Het is altijd een combinatie van techniek, intelligentie en intuïtie.”
Kruiden
Hoe geparfumeerd en verfijnd Saariaho’s orkestraties ook klinken, voor Innocence wijkt ze niet af van een ‘normaal’ symfonische orkestbezetting met circa tachtig musici. „Andere instrumenten waren niet nodig”, zegt ze. „Zo stelde ik me de personages gewoon niet voor. Elke stem klinkt al anders, en er zijn al die talen. Me dunkt: voldoende kruiden.”
Wat me trof is de keuze voor dertien personages en voor het thema waarneming: hoe iedereen een gebeurtenis anders beleeft.
„Die keuze maakte ik omdat ik me realiseerde dat elke beslissing uiteindelijk ook maar een beslissing is. Koor of niet? Kamerensemble of vol orkest? En welke zangstemmen? Mijn maximaal aantal personages was tot nu toe vier, het leek me interessant een keer iets veel groters op te zetten.”
Maar in tijden van cancelculture toont de vertelvorm ook dat elk verhaal meer kanten heeft.
„Zeker, maar dat was niet de aanleiding. Dat is te actueel, cancelculture speelde 13 jaar geleden nog niet. Het ging me om het universele. In mijn jeugd namen ik en mijn zus, die 2,5 jaar jonger was, samen de bus naar school. Na het eten vroegen ze thuis: hoe was je dag? Was het koud? Moest je lang wachten? En de één zei: ‘Een eeuwigheid’. En de ander: ‘Nee hoor, de bus kwam er direct aan.’ Zo subjectief is alles altijd.
„Ook wij hier, nu, beleven dit gesprek vanuit totaal andere perspectieven. Dat besef is beangstigend: niemand ervaart ooit precies wat jíj op een moment doormaakt. In onze waarnemingen zijn we eenzaam. Die thematiek haalt regisseur Simon Stone in deze productie niet specifiek naar voren. Maar dat zou zeker wel kunnen.”